Opruimen
De blauwe pijlgifkikker is een insecteneter en eet vooral mieren, termieten en andere kleine insecten. Daarmee houden deze kikkers plaagdieren onder controle. De kikkervisjes eten allerlei organisch materiaal, waarmee ze de poelen waarin ze leven schoon houden.
Leefgebied
Blauwe pijlgifkikkers leven in kleine, geïsoleerde delen van Frans Guinea en Noordoost Brazilië. Ze komen voor in vochtige gebieden, de gevoelige huid van gifkikkers kan namelijk snel uitdrogen. Mannetjes zijn geregeld in 1 tot 2 meter hoge takken en stronken te vinden. Zo steekt hun felle kleur goed af tegen de donkere achtergrond en zijn ze duidelijk zichtbaar voor rivalen.
Een kikkervisje op de rug
De paring van blauwe pijlgifkikkers vindt altijd op de bosbodem plaats. Daarbij klampt het mannetje zich vast op de rug van het vrouwtje. Wanneer zij haar 8-10 eitjes op de bosbodem heeft gelegd, bevrucht hij deze vanaf haar rug. Vanaf dat moment is het mannetje verantwoordelijk voor zijn nageslacht. Na ongeveer twee weken zorg komen de eitjes uit. Het mannetje draagt de kikkervisjes vervolgens naar kleine poelen. De jonge kikkervisjes kunnen zich daar te goed doen aan organisch afval, larven van insecten en andere kikkervisjes.
Wist je dat… De blauwe pijlgifkikker eerst 10 tot 14 dagen als eitje ontwikkelt en vervolgens 43 tot 52 dagen nodig heeft om zich te ontwikkelen tot een kikkervisje?
Zoemende kikkers?
Blauwe gifkikkers kwaken niet echt, maar maken een zoemend, trillend geluid. Dit geluid laten ze vooral horen als mannetjes onderling met elkaar communiceren om de grenzen van hun territorium te bewaken. Ook tijdens de paring maken ze dit zoemende geluid.
Wees gewaarschuwd!
De felle kleuren van gifkikkers hebben een duidelijke boodschap: wij zijn giftig! Roofdieren weten dit en blijven daarom op afstand. Het gif, dat de kikkers uitscheiden via de huid, is afkomstig van hun voedsel. Volwassen gifkikkers kunnen kleine hoeveelheden natuurlijke gifstoffen (zoals mierenzuur) omzetten tot een dodelijk gif! De kikkervisjes kunnen dit niet. Zij eten van alles wat ze kunnen vinden in de poeltjes waarin ze leven, maar produceren nog niet voldoende gif om zich net zoals hun ouders te beschermen tegen roofdieren.