HOP
Upupa epops
Hoofdtooi
Een oranje/beige lichaam, vleugels met brede zwart-witte banden en een grote kuif. De hop is een opvallende verschijning! Als een hop alert is, zet hij de veren op zijn kop rechtop. Zo lijkt het net alsof hij een hoofdtooi draagt. Op deze manier lijkt de vogel groter dan dat hij in werkelijkheid is. Hoppen gebruiken deze veren ook om met soortgenoten te communiceren.
Leefgebied
De hop komt voornamelijk voor in open landschappen zoals weilanden, parken, boomgaarden, heide, steppen en savannes. Ze gebruiken takken als uitkijkpunt en nestelen in holtes van bomen en stronken maar gebruiken ook oude gebouwen, regenpijpen of speciale nestkasten. Het nest bevindt zich over het algemeen dicht bij de grond. De noordelijke populaties migreren in de koude maanden naar het zuiden.
Insecten op het menu
Het voedsel van de hop bestaan voornamelijk uit grote insecten, zoals kevers en hun larven en poppen, emelten, veenmollen, slakken, wormen en zelfs kleine reptielen. Door met hun lange snavel in de grond te prikken weten ze op de tast deze lekkernijen te vinden. Met hun sterke afgeronde vleugels kunnen ze als ware acrobaten door de lucht vliegen en zo zwermde insecten uit de lucht vangen.
Natuurlijke ongedierte bestrijding
De hop eet insecten die vaak als schadelijk worden beschouwd voor onze gewassen. Hierdoor is de hop in veel landen een welkome gast! Maar door het gebruik van bestrijdingsmiddelen en intensivering van de landbouw heeft de soort het moeilijk. Ook verdwijnt hun leefgebied en wordt er in Mediterrane landen op hen gejaagd. Hoppen hebben weinig natuurlijke vijanden. Ze vallen soms ten prooi aan roofvogels en katten. Om deze roofdieren af te schrikken, kunnen ze een onaangename geur verspreiden. Dit doen ze met behulp van speciale geurklieren.
Stinkend nest
Een groot deel van het jaar leeft de hop alleen. Maar aan het begin van het broedseizoen gaan ze op zoek naar een partner. Het mannetje probeert het vrouwtje voor zich te winnen met een smakelijk hapje. Als het koppel een holte heeft uitgekozen om te nestelen, bekleden ze binnenkant met mos, gras, bladeren of dennennaalden. Nadat het vrouwtje de eieren heeft gelegd, besmeert ze het nest met een stinkende substantie afkomstig uit de geurklieren. Men denkt dat ze dit doet om roofdieren te weren en dat de substantie schadelijke parasieten en bacteriën doodt.