STINKDIER
Mephitis mephitis
Opruimers
Als echte omnivoren eten stinkdieren alles wat op hun pad komt. Van bessen en zaden tot kleine reptielen, zoogdieren en insecten. Maar naast deze levende dieren, eten stinkdieren ook vaak aas. Zo helpen ze mee om de karkassen op te ruimen en zorgen ze ervoor dat ziektes zich minder snel kunnen verspreiden.

Leefgebied
Stinkdieren komen voor in verschillende gebieden met bossen, wouden en grasland.

Stank voor dank
Stinkdieren hebben niet voor niks het woord “stink” in hun naam. Ze kunnen zich verdedigen door een stinkende vloeistof te spuiten. Als de belager in de buurt komt, klapperen ze met hun tanden en stampen met hun voorpoten. Als dit niet werkt, draait het stinkdier zijn achterste tussen zijn voorpoten om de stinkende vloeistof op zijn belager te sproeien. Dit kunnen ze tot wel 6 meter ver sprayen! Ze sprayen niet zomaar, want het kan weken duren voordat de vloeistof is aangevuld.

Alleenstaande vrouwtjes
Het paarseizoen van stinkdieren loopt van februari tot mei. Mannetjes paren met meerdere vrouwtjes. Na de paring moeten de vrouwtjes niks meer van de mannen hebben. De vrouwtjes krijgen één keer per jaar 2-10 jongen. Bij de geboorte zijn ze nagenoeg kaal, maar het vachtpatroon is al zichtbaar. Na ongeveer 3 weken gaan de ogen open. Een aantal weken later leren ze van hun moeder om zelf voedsel te zoeken. Vrouwtjes blijven ongeveer een jaar bij de moeder, mannetjes vertrekken eerder.
Eten wat de pot schaft
Stinkdieren zijn geen moeilijke eters. Sterker nog: Ze passen hun dieet aan, aan het seizoen. In de warmere seizoenen eten ze vaak insecten zoals krekels, kevers, wormen en sprinkhanen. In de winter eten ze juist kleine zoogdieren. Dit kunnen bijvoorbeeld muizen zijn, of eieren van broedende vogels. Soms eten ze ook kleine reptielen en vissen. Het grootste deel van hun dieet bestaat uit dierlijk materiaal. Een klein deel hiernaast bestaat nog uit planten, zoals maïs en andere vruchten.
