PENSEELZWIJN
Potamochoerus porcus
Woelen in de grond
Met hun stevige snuit woelen penseelzwijnen door de bosbodem op zoek naar zaden en wortels. De losse grond die achterblijft biedt een perfecte ondergrond voor ontkiemende planten en om nieuwe voedingstoffen op te nemen. Penseelzwijnen hebben hierdoor een grote invloed op het ecosysteem waarin ze leven.
Eigenschappen van het penseelzwijn
Leefgebied
Penseelzwijnen komen voor in Centraal- en West-Afrika. Ze leven in verschillende soorten gebieden met struikgewas, bossen, savannes of moerassen.
Adopteer het penseelzwijn
GaiaZOO vindt dat het welzijn van de dieren altijd op de eerste plaats komt. Daarom leven de dieren in ruime, groene verblijven waarin zij hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen. Om hun leven in GaiaZOO nóg uitdagender te maken bieden we de dieren vanuit de giften van de dieradopties diverse vormen van gedragsverrijking aan.
Kwastjes
Aan het uiteinde van zijn puntige oren heeft het penseelzwijn zwarte kwastjes. Hier dankt hij dan ook zijn naam aan! De kwastjes hebben geen duidelijke functie, maar het gehoor van penseelzwijnen is wel erg goed ontwikkeld. Door alle bomen en planten kun je niet ver kijken in het regenwoud. Roofdieren kunnen de penseelzwijnen zo ongezien besluipen. Door hun goede gehoor kunnen de penseelzwijnen alsnog op een behoorlijke afstand gevaar detecteren.
Stootkussen
Penseelzwijnen leven in groepen met één mannetje en meerdere vrouwtjes en hun jongen. Bij gevaar zetten ze het meestal op een rennen, maar hele jonge dieren zijn dan nog niet snel genoeg. Het mannetje zal dan zijn harem verdedigen en vechten tegen de vijand. Penseelzwijnen zijn ook territoriaal. Mannetjes hebben speciale knobbels op hun kop die dienen als een soort stootkussen. Toch vermijden ze gevechten liever en markeren ze daarom hun territorium met geurmarkeringen en looppaden.
Opportunist
Op het gebied van voedsel zijn penseelzwijnen absoluut niet kieskeurig. Met hun snuit ruiken en graven ze naar allerlei verschillende soorten voedsel. Zo eten ze onder andere knollen, verschillende soorten fruit, zaden en gras. Maar ook insecten, reptielen en andere kleine dieren slaan ze niet over. Er zijn zelfs gevallen bekend waarbij deze slimme dieren groepen chimpansees volgen. Deze primaten laten vaak fruitresten vallen, waardoor de penseelzwijnen het zonder moeite op kunnen peuzelen.
EEP | Managementprogramma
Het EAZA Ex situ Program (EEP) is een Europees managementprogramma voor (bedreigde) diersoorten. Binnen de EEP’s wisselen EAZA dierentuin hun dieren actief uit met elkaar. Zo kunnen we een genetisch gezonde populatie behouden. Daarnaast werken we ook samen op het gebied van educatie, onderzoek en natuurbehoud.
De penseelzwijnen die in GaiaZOO leven zijn onderdeel van het Europees managementprogramma.
