Reilen en zeilen

Er komt heel wat kijken bij het runnen van een dierentuin. Dagelijks zijn zo’n 60 medewerkers aan het werk om jou welkom te heten bij de kassa, om de ZOO schoon en netjes te houden, om leuke souvenirs te verkopen, om de dieren te verzorgen, om het groen te onderhouden en om eten en drinken te verzorgen. Naast de medewerkers die je tijdens een bezoek kunt treffen, werken er ook mensen op kantoor en achter de schermen om er bijvoorbeeld voor te zorgen dat dieren kunnen verhuizen naar een andere dierentuin of dat je tijdens je bezoek van alles kunt leren over de dieren. Tijdens een bezoek aan GaiaZOO geniet je van de dieren en de natuur, maar we vertellen je ook graag wat er achter de schermen van een dierentuin allemaal gebeurt.

Wat is verrijking?

Dieren in een dierentuin hoeven minder tijd te besteden aan het zoeken van voedsel dan hun wilde soortgenoten. Daardoor kan het gebeuren dat ze zich soms vervelen. Om dat te voorkomen of beperken, krijgen dierentuindieren regelmatig zogenaamde ‘verrijking’. Dat betekent dat de dierverzorgers creatieve manieren bedenken om de dieren hun voedsel te geven. De verrijking is specifiek afgestemd op de behoeften en mogelijkheden van elke diersoort. Verschillende soorten apen krijgen bijvoorbeeld geregeld een boomstammetje met geboorde gaten, waarin nootjes, rozijnen en stroop zijn verstopt. Ze zijn dan wel even bezig om deze lekkernijen er met hun vingers uit te wriemelen. De grote roofdieren van GaiaZOO, zoals leeuwen, wolven en Afrikaanse wilde honden krijgen vaak een groot ribstuk van koe of paard, of een heel karkas met huid en haar aangeboden. Om te kunnen eten moeten ze gezamenlijk aan het werk; en dat is erg belangrijk voor zowel de conditie als sociale relaties binnen deze diersoorten. Bovendien zijn ze hiervoor gebouwd; net als ze in de natuur gezamenlijk een grote prooi bemachtigen en verslinden. Aaseters, zoals wasberen en gieren, gaan in de natuur op zoek naar dode dieren en resten van prooien van grotere roofdieren. Daarom krijgen ze ook in GaiaZOO meestal karkassen of delen van prooidieren te eten.

 

Wat is verrijking?

Waar komen dierentuindieren vandaan? Er worden geen dieren meer gevangen uit het wild om dierentuinen te bevolken. Dierentuinen zorgen zelf voor het behoud van hun populaties. Ze werken hiervoor samen in fokprogramma’s (EEP en ESB).

Hoe gaat dat dan?

Dieren worden niet gekocht. Dierentuinen wisselen hun dieren onderling uit. Ze houden een soort vraag & aanbod lijst bij, waarop ze aangeven welke dieren ze aanbieden aan andere dierentuinen en welke dieren ze nog graag aan hun collectie willen toevoegen. De uitwisseling van dieren binnen EAZA-dierentuinen vindt plaats zonder dat hier een financiële vergoeding mee gemoeid is, om de handel in (beschermde) dieren tegen te gaan. De dierenruil gebeurt op advies van de coördinator van het fokprogramma voor een bepaalde diersoort: hij/zij weet het beste welke dieren van die soort geschikt zijn om zich voort te planten, waar en met wie.

Hoe gaat dat dan?